Roofbloemen - De Kift

De roofbloemen zijn zieker in de nacht dan mensen

De roofbomen zijn ongelukkiger dan dwangarbeiders

Het roofgras verdort, waar het niet regent

Het regent nooit, waar het roofgras groeien wil

Het regent nooit, waar het roofgras groeien wil

Alleen wanneer de vorstin komt, dan leeft het boze gewas

Dan staat het gras als liefde

Dan is de boom vol schaduw

Dan zijn de bloemen rood

Ik heb vannacht bij de vorstin geslapen

Ik ben de bijzit van mijn eigen vlees geweest

Ik heb onder een donkere maan

Naar een lieflijke blauwe lucht geslapen

Twee vogels hebben stro in mijn handen gelegd

Twee vogels hebben gefloten

Als fluiten

Als noodweer

Als kwade dagen in aantocht

Oh

Als het maar waaien wil

Morgen

Als ik met de vorstin naar het park ga

Dan zullen we matrozen zijn

Op het kleinste bootje van de wereld

Op het kleinste bootje van de wereld

Op het kleinste bootje van de wereld

Vorstin

Die Raubblumen sind nachts kränker als Menschen

Die geplünderten Bäume sind unglücklicher als Zwangsarbeiter

Wo es nicht regnet, verdorrt das Raubgras

Wo das Raubgras wachsen will, regnet es nie

Wo das Raubgras wachsen will, regnet es nie

Nur wenn die Prinzessin kommt, lebt die böse Ernte

Dann steht das Gras wie die Liebe

Dann ist der Baum voller Schatten

Dann sind die Blumen rot

Ich habe letzte Nacht mit der Prinzessin geschlafen

Ich war der Gefährte meines eigenen Fleisches

Ich war unter einem dunklen Mond

Geschlafen zu einem schönen blauen Himmel

Zwei Vögel haben Stroh in meine Hände gelegt

Zwei Vögel pfiffen

wie Pfeifen

als Notfall

Wenn böse Tage nahen

Oh

Wenn es nur blasen will

Morgen

Wenn ich mit der Prinzessin in den Park gehe

Dann werden wir Matrosen

Auf dem kleinsten Boot der Welt

Auf dem kleinsten Boot der Welt

Auf dem kleinsten Boot der Welt

Prinzessin